De installatie moet worden bijgevuld als de manometer minder dan 1 atmosfeer aanwijst. Er mag NOOIT worden bijgevuld als het ketelwater warmer is dan 40 °C en als de circulatiepomp draait*. Het inbrengen van koud water in een hete ketel kan tot gevolg hebben dat deze scheurt. Vullen van de installatie:
- Zet de kamerthermostaat op de laagste stand en wacht tot de thermometer op de ketel niet meer dan 40 °C aanwijst.
- Zet de pomp stil door de stroom uit te schakelen.
- Sluit de bijgeleverde vulslang aan op de koudwaterkraan.
- Houd het andere eind van de slang even hoog als de vulkraan en draai de koudwaterkraan een klein beetje open, zodat de slang met water wordt gevuld en de lucht uit de slang is ontsnapt.
- Draai nu de koudwaterkraan dicht en sluit het andere eind van de slang aan op de vulkraan, die ook bij een radiator in de keuken of douche kan zijn aangebracht.
- Daarna dient u de waterkraan geleidelijk te openen en opent u de vulkraan. De vulkraan wordt geopend met de bijgeleverde sleutel en is na een kwartslag geheel geopend.
- Sluit de vulkraan zodra de juiste waterdruk is bereikt (ongeveer 1,5 bar).
- Sluit de waterkraan en koppel de slang af.
- Schakel de pomp weer in.
- Zet de kamerthermostaat weer in de oorspronkelijke stand.
Bij het bijvullen van de AWB-3-HR-ketel dient u wel de stekker in het stopcontact te laten omdat u anders niet digitaal de waterdruk kunt vaststellen.